Het archief van de familie Ameye-Dobbelaere bevat honderden foto’s en tientallen fotoalbums. De beelden illustreren het familieleven maar ook veel herinneringen aan culturele evenementen. Een merkwaardig album betreft de opvoering van de opera Oedipus te Colonus van op het familiedomein Te Nitterveld op het einde van de zomer van 1906.
Het evenement vormde een verlengstuk van het 29ste Nederlandse Taal- en Letterkundig Congres dat van 26 tot 30 augustus 1906 plaatsvond in Brussel. Deze gemeenschappelijke (culturele) ontmoetingen van Vlamingen en Nederlanders in Vlaanderen en Nederland werden vanaf 1849 georganiseerd. Eminente sprekers uit Noord en Zuid vulden een officieel programma met aandacht voor de op dat ogenblik actuele problemen rond Nederlandse taal en cultuur. Minstens even belangrijk was het nevenprogramma waar persoonlijke en culturele netwerken vorm kregen. In 1906 eindigde het officiële gedeelte met een banket, een concert, een ontvangst op het Brusselse stadhuis en heildronken op o.a. koning Leopold II en koningin Wilhelmina.
Een select gezelschap was de dag erna uitgenodigd voor een aansluitend hoogstaand cultureel feest in de Vlaamse Ardennen. Het mecenatenkoppel Ameye-Dobbelaere organiseerde er een voorstelling van de opera Oedipus te Colonus, in de uitvoering van de Italiaanse componist Antonio Sacchini (1730-1786). Het album waarvan hier sprake bevat 7 foto’s van deze openluchtuitvoering, een beeld van de woning en een helaas wat wazige groepsfoto van de aanwezigen. Gelukkig zijn er in het archief nog aanvullende foto’s en glasplaten bewaard van betere kwaliteit.
De gastenlijst was gevuld met ongeveer 100 zorgvuldig geselecteerde gasten uit Noord en Zuid, waaronder bijvoorbeeld auteur Lodewijk Van Deyssel (pseudoniem van Karel Alberdingk Thijm), auteur Karel van de Woestijne, hoogleraar geschiedenis Paul Fredericq, hoogleraar Taal- en Letterkunde Jan te Winkel en auteur Thérèse Hoven (Adinda). Het gezelschap kwam met de trein uit de hoofdstad naar het dorpje Louise-Marie (grens Maarkedal-Ronse). De aankomst van de groep aan het station is door de fotograaf eveneens op de gevoelige plaat vastgelegd. Na afloop konden de dames en heren aanschuiven aan het diner dat bij die gelegenheid werd georganiseerd.
De voorstelling zelf vond plaats in de buitenlucht, in de groene omgeving van villa Te Nitterveld. Een van de aanwezigen, de Nederlandse schrijfster en vriendin des huizes, Top Naeff vond de hele gebeurtenis meer dan verrukkelijk. Zij schreef over de bijeenkomst een heel geëngageerd verslag dat verscheen in diverse kranten in België en Nederland. In Het Laatste Nieuws van 5 september 1906 stond het stuk zelfs in linkerkolom van de frontpagina.
Volgens haar was deze voorstelling in ‘de schaduw van frisch en geurend loof’ onovertroffen. De sepia-kleuren van de bewaarde foto’s kunnen het inderdaad doen vermoeden, maar volgens Naeff sprankelde het zonlicht door de bomen, weerkaatste op het mos terwijl in de verte een klaterende bron was te horen. Kortom: “Het was wonderachtig schoon. Men waande zich in een sprookje.” Dit was heel wat anders dan een opvoering in een schouwburg, met papieren bladeren, mousseline wolken, houten vogels en klatergoud.
Dankzij het bewaarde fotomateriaal (albums, losse foto’s en glasnegatieven) is het perfect mogelijk om ruim honderd jaar later zich een beter beeld te vormen van hoe dit optreden op die zomerse dag is verlopen.
Deze tekst maakt deel uit van een reeks teksten die in de zomer van 2024 verschijnt op de website van Liberas. Centraal staat het interessante archief van de familie Ameye, dat in het voorjaar van 2024 is geïnventariseerd en voor de nodige inspiratie zorgt.