Menu
14 juni 1846
Collectie
maandag 14 juni 2021
Geschreven door: Peter Laroy

Op 14 juni 1846 wordt in Brussel geschiedenis geschreven met de oprichting van de Liberale Partij. De partijstichting is een gebeurtenis die van de Belgische liberale partij een van de oudste partijen van Europa maakt. Anno 2021 kunnen twee politieke organisaties (de Nederlandstalige Open Vld en de Franstalige MR) deze erfenis claimen en vieren hun 175ste verjaardag.

De bijeenkomst in juni 1846 is een hoogtepunt van een proces dat reeds enkele jaren loopt. Na de oprichting van de Belgische staat hebben de katholieke en liberale strekkingen zich verenigd in het zogenaamde unionisme om het hoofd te bieden aan binnenlandse druk (zoals de orangisten) en aan buitenlandse inmenging (de Nederlandse vorst Willem I, die hongerig blijft naar ‘zijn’ Zuidelijke Nederlanden).

Na het afzwakken van de dreiging, komen er barsten in het verbond. Een langzaam toenemend overwicht van de katholieken veroorzaakt frustratie bij de liberalen. De overtuiging neemt toe dat de liberale krachten zich dienen te verenigen om op het bestuur te wegen. Een grote bijeenkomst wordt in het vooruitzicht gesteld.

Een liberaal congres

Op die junidag in 1846 schrijven de aanwezigen geschiedenis. De 384 afgevaardigden die zijn aangemeld (maar niet allen aanwezig zijn) komen uit het hele land. De steden Antwerpen, Brugge, Brussel, Gent, Leuven, Luik, Namen maar ook Tongeren tekenen voor meer dan tien vertegenwoordigers. Middelgrote steden die tussen vijf tot tien vertegenwoordigers sturen, zijn Aalst, Charleroi, Dinant, Doornik, Geraardsbergen, Huy, Ieper, Kortrijk, Mons, Nijvel, Oudenaarde en Verviers. Ook uit tal van kleinere steden en dorpen maken afgevaardigden de reis naar Brussel. Enkel uit meer perifere gebieden, zoals de Ardennen en delen van de Kempen, zijn er geen vertegenwoordigers afgevaardigd.

Ongeveer een derde van de aanwezigen behoort tot de categorie van intellectuele beroepen. Het betreft vooral personen met een juridische opleiding: advocaten, notarissen, magistraten en (in mindere mate) academici. Andere aanwezigen op het congres geven geen expliciet beroep op, maar omschrijven zichzelf als grootgrondbezitter of rentenier. Deze vermogende groep is in ongeveer dezelfde mate vertegenwoordigd als de intellectuele beroepen. De grondeigenaars worden geflankeerd door een ruime groep handelaars en industriëlen. Tot slot identificeren heel wat congresgangers zich met hun politiek mandaat, van gemeentelijk (gemeenteraadsleden, schepenen, burgemeesters) tot nationaal (volksvertegenwoordigers, senatoren) niveau.

Het eerste partijprogramma

Iets na negen uur openen de debatten onder leiding van Eugène Defacqz. De raadsheer bij het Hof van Cassatie beschikt over een indrukwekkende staat van dienst als jurist, politicus en vrijmetselaar. In zijn inleidende toespraak heeft Defacqz het onder meer over het overwicht van de clerus op de openbare macht. Hij pleit in de geest van de jaren 1830 voor de grondwet als richtinggevend baken. Er komt een plan tot de algemene samenvoeging van alle liberale groepen op tafel:

‘In elke hoofdplaats van een arrondissement zal de liberale partij, dienvolgens, onmiddellijk een genootschap oprichten, bestaande uit alle liberalen, die bij stemming toegelaten zijn. Er zal in elk dier plaatsen een comité voor de verkiezingen worden benoemd. Elk dier genootschappen zal een of meer afgevaardigden naar het liberaal congres enz.’

De bespreking sluit af met het goedkeuren van negen congresresoluties. De grondslag van de liberale partij is gelegd. Het goedgekeurde programma somt zes kernpunten op: kieshervorming, onafhankelijkheid van de openbare macht, uitbouw van het openbaar onderwijs, herziening van de conservatieve wetgeving, toename van het aantal volksvertegenwoordigers en senatoren en het verbeteren van de levensomstandigheden van de werkende klasse.

De betekenis van ‘1846’

Uiteraard weten de honderden deelnemers niet dat zij die dag geschiedenis schrijven. Pas later blijkt dat het Liberaal Congres van 14 juni 1846 een sleutelmoment is in de politieke ontwikkeling van het land. De ordening van het maatschappelijke en politieke leven in partijen is er een gevolg van. Al snel komt er een liberaal tegenover een katholiek blok te staan. Met het ontstaan van partijen is er voor het eerst ook sprake van kies- en partijstrijd. Naar het einde van de negentiende eeuw verruimt het partijpolitieke landschap met de Belgische Werkliedenpartij als derde speler. In de twintigste eeuw nemen communautaire en ecologische partijen nog hun plaats in op het toneel.

Internationaal bekeken is de Belgische Liberale Partij een van de eerste politieke bewegingen die zich organiseert. Onder invloed van de vrijmetselarij en van persoonlijkheden als Eugène Defacqz, Charles Rogier en Pierre-Théodore Verhaegen vormt ze zich om tot een vrij en los gestructureerde kaderpartij. Succes vertoont zich spoedig. In 1847 wint de nieuwe partij de verkiezingen en tot 1884 blijft ze de dominante speler in de nationale Belgische politiek.

Liberas herdenkt de 175ste verjaardag van ‘1846’ met de lancering van Liberas Stories, een website die het verleden van de liberale beweging in België en Vlaanderen bekijkt vanuit een nieuwe invalshoek.